Toen & Nu: Gijs Versteeg ‘Bij Aarding konden ze alles maken’

0
3502

In de rubriek ‘Toen en Nu’ laten we Nunspeters en oud-Nunspeters terugkijken aan de hand van een oude foto die in onze archieven is opgedoken. 

‘Bij Aarding konden ze alles maken’

NUNSPEET – De oude foto die deze keer uit het archief is opgedoken is van Gijs Versteeg. De foto werd in 1995 gemaakt ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan van zijn bedrijf Machinefabriek Aarding. Het eerste wat Versteeg zegt als hij de foto ziet is: ,,Wat was ik daar een jong ventje’’. Ondertussen zijn we 26 jaar verder en hoopt Versteeg op 28 maart de respectabele leeftijd van 93 jaar te bereiken. Eenmaal op zijn praatstoel gezeten lukt het niet om de stilte in zijn werkkamer terug te krijgen. ‘’Ik heb net nog een paar mensen gebeld, want ik heb nog allerlei plannen en projecten waar ik mee bezig ben’’, zegt hij.  Op de vraag of hij denkt de realisatie van die projecten zelf nog mee te maken zegt Versteeg: ,,dat weet je niet, we zijn mensen van de dag, maar ik kan oud worden. Ik heb nog altijd zin in werken, ‘lijmen’ en bellen.’’

De werkkamer van Versteeg is gevuld met boeken, mappen, stapels papieren en ordners. Nadat hij vorig jaar in het ziekenhuis terecht kwam en na revalidatie in De Voord op 15 januari van dit jaar weer naar huis mocht, staat ook zijn bed in zijn werkkamer. Behalve de thuiszorg van Icare wordt Versteeg met alle zorg omgeven door zijn vrouw en kinderen. 

Werken moest Versteeg van jongs af aan, net als iedereen in die tijd. Zijn vader was marktkoopman met groente en fruit. Als 8- jarige moest hij als oudste kind met zijn vader mee naar de markt in Tilburg. Daar is de basis gelegd voor dat waar hij later in uitblonk: verkopen. 

Na de oorlog ging hij werken als leerling metaalbewerker bij de scheepswerf ‘De Haan en Oerlemans’ in Heusden. ‘’Ik hoorde de machines in de fabrieken en raakte in de ban van de atmosfeer die daar heerste’’ zegt Versteeg. Op die werf heeft hij het vak geleerd. Hij deed de basisopleiding B-metal en volgde hiernaast een avondstudie. ,,Hier heb ik veel geleerd en maakte ik kennis met het nieuwe metaal aluminium’’,  weet Versteeg.   

Hoewel hij alleen de lagere school had doorlopen, ontpopte hij zich al snel als een slimme zakenman. In 1967 begon Versteeg in Heusden naast de werf waar hij het vak had geleerd een kleine scheepswerf. De naam die hij aan de scheepswerf gaf, was ‘Vervako’. Een afkorting van VERsteeg en Van Kooten, de naam van zijn vrouw. Zijn jongere broer Hans werd directeur in loondienst van Vervako. Dit bedrijf is later verkocht aan Wilton Feijenoord. 

De levensloop van Gijs Versteeg heeft veel overeenkomsten met die van scheepsmagnaat Cornelis Verolme, een grote inspirator voor Versteeg. In de jaren 60/70, de opbouwjaren van Aarding in Nunspeet, lag een bijbeltje in de lade van z’n nachtkastje en een boek over Verolme regelmatig onder z’n kussen.

In de jaren ’50 verhuisde het gezin naar Nunspeet omdat Versteeg bedrijfsleider kon worden van een nog te bouwen aluminium ladderfabriek Bijstede. Versteeg vond een manier uit om een zogeheten ‘aardelektrode’ ten behoeve van bliksemafleiders te maken en toen dat geweldige product goed begon te lopen, nam hij ontslag bij Bijstede en begon hij in 1960 voor zichzelf met zijn bedrijf ‘Aarding’. De oprichtingsakte van de eerste Aarding onderneming dateert van 31 december 1959, met een knipoog naar de verjaardag van zijn vrouw. 

De  oprichting van  Aarding in Nunspeet spreekt het meest tot de verbeelding, omdat deze onderneming voor Nunspeet en zijn inwoners van grote betekenis is geweest voor de ontwikkeling en welvaart. Versteeg: ,, Ik ben nog steeds trots op het personeel dat ik toen had. Er zijn zelfs nu nog steeds voormalige personeelsleden die hier bij me binnenlopen voor een praatje.’’ Vanuit Aarding kwamen op zeker moment allerlei bedrijven voort. ,,We verdienden goed aan de aardelektroden dus ik kocht al snel een fabriek op die in weerstandlasmachines zat, want mijn vader had gezegd dat ik nooit met één product moest blijven zitten. Eerst waren dit nog standaard puntlasmachines, maar vanuit de ervaring die we daar mee opdeden gingen we steeds een stap verder en werden er uiteindelijk in opdracht van klanten ingewikkelde speciaalmachines ontwikkeld en gebouwd die hun tijd toen ver vooruit waren. Innovatie stond bij ons hoog in het vaandel en ik durfde veel aan in een tijd waarin de ontwikkelingen snel gingen’’, vervolgt hij.

Versteeg kijkt met veel plezier terug op zijn werkzame leven wat hem de halve wereld overbracht en in contact bracht met de groten der aarde.  Versteeg: ‘’Ik vond het prachtig om midden in de nacht overal naar toe te vliegen. Zo ben ik  78 keer in Jeruzalem geweest. Israël was in opkomst en er was geld en behoefte aan bouwmaterialen. De kranen werden hier gemaakt en per schip naar het Midden Oosten vervoerd. Maar ik kwam ook in de Arabische landen zoals Jemen en Egypte. In Egypte bouwde ik bijvoorbeeld 2400 woningen. Als ik ergens iets zag, dan maakte ik het beter, zodat mensen er meer aan hadden. Klanten hoefden in bepaalde gevallen eerste instantie niet te betalen, maar mochten het eerst uitproberen. Daarnaast werkte ik veel voor defensie, een tijd waar ik met veel plezier op terugkijk. We maakten onder andere geluidsarme gebouwen, bomladers en aanhangwagens voor defensie. Op zeker moment wilde de hoogste generaal Couzy een voertuig dat op afstand te bedienen was. Dat hebben we hier in Nunspeet gemaakt en op Vlieland uitgeprobeerd.’’ In die tijd was het algemeen bekend dat ze bij Aarding in Nunspeet alles konden maken.

Versteeg: ,,Ik kon erg veel aan en sloeg vaak één nacht per week over. Op zondag werkte ik nooit, maar met de nieuwe werkweek in het vooruitzicht, ging ik dan s‘ nachts door. Het was wel een nadeel dat ik vaak op reis was en ook heel laat thuis kwam. Gelukkig kon ik goed slapen. Ik hoefde maar even op een bank of bed te liggen en ik was vertrokken.’’ Versteeg heeft naast zijn drukke werk ook nog lange tijd in de Gemeenteraad gezeten en was betrokken bij diverse maatschappelijke en kerkelijke organisaties. Zijn benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau werd door ‘hogerhand’ niet voldoende geacht, waardoor hij nog geen twee maanden later werd bevorder tot Officier in de Orde van Oranje Nassau. Terugkijkend vindt Gijs Versteeg dat hij een heel mooi leven achter de rug heeft, maar stilzitten en niets doen, dat kan hij nog steeds niet. 

Door Ank Herstel
Foto’s Bram van de Biezen
Veluwse Courant maart 2021